We Love God!

God: "I looked for someone to take a stand for me, and stand in the gap" (Ezekiel 22:30)

Our hopelessness and our helplessness are no barrier to (God’s) work. Indeed our utter incapacity is often the prop He delights to use for His next act… We are facing one of the principles of Yahweh’s modus operandi. When His people are without strength, without resources, without hope, without human gimmicks – then He loves to stretch forth His hand from heaven. Once we see where God often begins we will understand how we may be encouraged.
Ralph Davis

Bible – dutch – FREE Online Hollands Statenvertaling. Psalmen Chapter 48:1-14.

Main Index: Hollands Statenvertaling

 

Psalmen 48

[1]
[2]
[3]
[4]
[5]
[6]
[7]
[8]
[9]
[10]
[11]
[12]
[13]
[14]
[15]
[16]
[17]
[18]
[19]
[20]
[21]
[22]
[23]
[24]
[25]
[26]
[27]
[28]
[29]
[30]
[31]
[32]
[33]
[34]
[35]
[36]
[37]
[38]
[39]
[40]
[41]
[42]
[43]
[44]
[45]
[46]
[47]
[48]
[49]
[50]
[51]
[52]
[53]
[54]
[55]
[56]
[57]
[58]
[59]
[60]
[61]
[62]
[63]
[64]
[65]
[66]
[67]
[68]
[69]
[70]
[71]
[72]
[73]
[74]
[75]
[76]
[77]
[78]
[79]
[80]
[81]
[82]
[83]
[84]
[85]
[86]
[87]
[88]
[89]
[90]
[91]
[92]
[93]
[94]
[95]
[96]
[97]
[98]
[99]
[100]
[101]
[102]
[103]
[104]
[105]
[106]
[107]
[108]
[109]
[110]
[111]
[112]
[113]
[114]
[115]
[116]
[117]
[118]
[119]
[120]
[121]
[122]
[123]
[124]
[125]
[126]
[127]
[128]
[129]
[130]
[131]
[132]
[133]
[134]
[135]
[136]
[137]
[138]
[139]
[140]
[141]
[142]
[143]
[144]
[145]
[146]
[147]
[148]
[149]
[150]

48:1 Een lied, een psalm, voor de kinderen van Korach. (48:2) De HEERE is groot en zeer te prijzen, in de stad onzes Gods, op den berg Zijner heiligheid.

48:2 (48:3) Schoon van gelegenheid, een vreugde der ganse aarde is de berg Sion, aan de zijden van het noorden; de stad des groten Konings.

48:3 (48:4) God is in haar paleizen; Hij is er bekend voor een Hoog Vertrek.

48:4 (48:5) Want ziet, de koningen waren vergaderd; zij waren te zamen doorgetogen.

48:5 (48:6) Gelijk zij het zagen, alzo waren zij verwonderd; zij werden verschrikt, zij haastten weg.

48:6 (48:7) Beving greep hen aldaar aan, smart als van een barende vrouw.

48:7 (48:8) Met een oostenwind verbreekt Gij de schepen van Tharsis.

48:8 (48:9) Gelijk wij gehoord hadden, alzo hebben wij gezien in de stad des HEEREN der heirscharen, in de stad onzes Gods; God zal haar bevestigen tot in eeuwigheid. Sela.

48:9 (48:10) O God! wij gedenken Uwer weldadigheid, in het midden Uws tempels.

48:10 (48:11) Gelijk Uw Naam is, o God! alzo is Uw roem tot aan de einden der aarde; Uw rechterhand is vol van gerechtigheid.

48:11 (48:12) Laat de berg Sion blijde zijn; laat de dochteren van Juda zich verheugen, om Uwer oordelen wil.

48:12 (48:13) Gaat rondom Sion, en omringt haar; telt haar torens;

48:13 (48:14) Zet uw hart op haar vesting; beschouwt onderscheidenlijk haar paleizen, opdat gij het aan het navolgende geslacht vertelt.

48:14 (48:15) Want deze God is onze God eeuwiglijk en altoos; Hij zal ons geleiden tot den dood toe.