We Love God!

God: "I looked for someone to take a stand for me, and stand in the gap" (Ezekiel 22:30)

Resolved, to strive to my utmost every week to be brought higher in religion, and to a higher exercise of grace, than I was the week before.
Jonathan Edwards

A Christian is not one who simply buys “fire insurance,” who signs up just to avoid an unpleasant after life. A Christian…repeatedly, is one whose faith expresses itself in submission and obedience. A Christian is one who follows Christ, one who is committed unquestionably to Christ as Lord and Savior, one who desires to please God. His basic aim is to be in every way a disciple of Jesus Christ. When he fails, he seeks forgiveness and wants to move forward. This is his spirit and his direction.
John MacArthur

Bible – dutch – FREE Online Hollands Statenvertaling. Aan Titus Chapter 3:1-15.

Main Index: Hollands Statenvertaling

 

Aan Titus 3

[1]
[2]
[3]

3:1 Vermaan hen, dat zij aan de overheden en machten onderdanig zijn, dat zij hun gehoorzaam zijn, dat zij tot alle goed werk bereid zijn;

3:2 Dat zij niemand lasteren, geen vechters zijn, maar bescheiden zijn, alle zachtmoedigheid bewijzende jegens alle mensen.

3:3 Want ook wij waren eertijds onwijs, ongehoorzaam, dwalende, menigerlei begeerlijkheden en wellusten dienende, in boosheid en nijdigheid levende, hatelijk zijnde, en elkander hatende.

3:4 Maar wanneer de goedertierenheid van God, onzen Zaligmaker, en Zijn liefde tot de mensen verschenen is,

3:5 Heeft Hij ons zalig gemaakt, niet uit de werken der rechtvaardigheid, die wij gedaan hadden, maar naar Zijn barmhartigheid, door het bad der wedergeboorte en vernieuwing des Heiligen Geestes;

3:6 Denwelken Hij over ons rijkelijk heeft uitgegoten door Jezus Christus, onzen Zaligmaker;

3:7 Opdat wij, gerechtvaardigd zijnde door Zijn genade, erfgenamen zouden worden naar de hope des eeuwigen levens.

3:8 Dit is een getrouw woord, en deze dingen wil ik, dat gij ernstelijk bevestigt, opdat degenen, die aan God geloven, zorg dragen, om goede werken voor te staan; deze dingen zijn het, die goed en nuttig zijn den mensen.

3:9 Maar wedersta de dwaze vragen en geslachtsrekeningen, en twistingen, en strijdingen over de wet; want zij zijn onnut en ijdel.

3:10 Verwerp een kettersen mens na de eerste en tweede vermaning;

3:11 Wetende, dat de zodanige verkeerd is, en zondigt, zijnde bij zichzelf veroordeeld.

3:12 Als ik Artemas tot u zal zenden, of Tychikus, zo benaarstig u tot mij te komen te Nikopolis; want aldaar heb ik voorgenomen te overwinteren.

3:13 Geleid Zenas, den wetgeleerde, en Apollos zorgvuldiglijk, opdat hun niets ontbreke.

3:14 En dat ook de onzen leren, goede werken voor te staan tot nodig gebruik, opdat zij niet onvruchtbaar zijn.

3:15 Die met mij zijn, groeten u allen. Groet ze, die ons liefhebben in het geloof. De genade zij met u allen. Amen.