Main Index: Hollands Statenvertaling

 

Spreuken van Salomo 4

[1]
[2]
[3]
[4]
[5]
[6]
[7]
[8]
[9]
[10]
[11]
[12]
[13]
[14]
[15]
[16]
[17]
[18]
[19]
[20]
[21]
[22]
[23]
[24]
[25]
[26]
[27]
[28]
[29]
[30]
[31]

4:1 Hoort, gij kinderen! de tucht des vaders, en merkt op, om verstand te weten.

4:2 Dewijl ik ulieden goede leer geve, verlaat mijn wet niet.

4:3 Want ik was mijns vaders zoon, teder, en een enige voor het aangezicht mijner moeder.

4:4 Hij nu leerde mij, en zeide tot mij: Uw hart houde mijn woorden vast, onderhoud mijn geboden, en leef.

4:5 Verkrijg wijsheid, verkrijg verstand; vergeet niet, en wijk niet van de redenen mijns monds.

4:6 Verlaat ze niet, en zij zal u behoeden; heb ze lief, en zij zal u bewaren.

4:7 De wijsheid is het voornaamste; verkrijg dan wijsheid, en verkrijg verstand met al uw bezitting.

4:8 Verhef ze, en zij zal u verhogen; zij zal u vereren, als gij haar omhelzen zult.

4:9 Zij zal uw hoofd een aangenaam toevoegsel geven, een sierlijke kroon zal zij u leveren.

4:10 Hoor, mijn zoon! en neem mijn redenen aan, en de jaren des levens zullen u vermenigvuldigd worden.

4:11 Ik onderwijs u in den weg der wijsheid; ik doe u treden in de rechte sporen.

4:12 In uw gaan zal uw tred niet benauwd worden, en indien gij loopt, zult gij niet struikelen.

4:13 Grijp de tucht aan, laat niet af; bewaar ze, want zij is uw leven.

4:14 Kom niet op het pad der goddelozen, en treed niet op den weg der bozen.

4:15 Verwerp dien, ga er niet door; wijk er van, en ga voorbij.

4:16 Want zij slapen niet, zo zij geen kwaad gedaan hebben; en hun slaap wordt weggenomen, zo zij niet iemand hebben doen struikelen.

4:17 Want zij eten brood der goddeloosheid, en drinken wijn van enkel geweld.

4:18 Maar het pad der rechtvaardigen is gelijk een schijnend licht, voortgaande en lichtende tot den vollen dag toe.

4:19 De weg der goddelozen is als donkerheid, zij weten niet, waarover zij struikelen zullen.

4:20 Mijn zoon! merk op mijn woorden, neig uw oor tot mijn redenen.

4:21 Laat ze niet wijken van uw ogen, behoud ze in het midden uws harten.

4:22 Want zij zijn het leven dengenen, die ze vinden, en een medicijn voor hun gehele vlees.

4:23 Behoed uw hart boven al wat te bewaren is, want daaruit zijn de uitgangen des levens.

4:24 Doe de verkeerdheid des monds van u weg, en doe de verdraaidheid der lippen verre van u.

4:25 Laat uw ogen rechtuit zien, en uw oogleden zich recht voor u heen houden.

4:26 Weeg den gang uws voets, en laat al uw wegen wel gevestigd zijn.

4:27 Wijk niet ter rechter hand of ter linkerhand, wend uw voet af van het kwade.